Dutch weekly Elsevier Weekblad published an interview in its edition of 1 April 2021 with Eduard Habsburg-Lotharingiai, Hungary’s ambassador to the Holy See which you can read below.

 

Eduard Habsburg-Lothringen: ‘In de hemel spreken ze Hongaars’

Eduard Habsburg-Lothringen (53) is een van de geestigste bewoners van de toch al zo kleurrijke stad Rome. De geboren Duitser en nazaat van de aartshertog van het Oostenrijks-Hongaarse rijk is na een studie filosofie en een carrière als scenarioschrijver en ­­tv-presentator, nu ambassadeur van Hongarije bij de Heilige Stoel.

De Habsburgers – daar zijn er nogal wat van. ‘We zijn met zo’n vierhonderd en hebben een WhatsApp-groep waarin we zowat dagelijks met elkaar communiceren,’ zegt Eduard Habsburg-Lothringen vrolijk. De beroemde familie heeft dan wel alle tronen verloren, ‘we zijn nog alive and kicking.’

Zeg dat wel. Het gros van de familie bezocht de paus al eens en toen Habsburg-Lothringen foto’s daarvan toonde aan de Engelse aartsbisschop Paul Gallagher, zei die: ‘Ambassadeur, voor zover ik kan zien, zal uw familie nog lange tijd bestaan.’ Ook Habsburg-Lothringen zelf draagt daaraan bij. Met zijn Oostenrijkse vrouw Maria Theresia von Gudenus heeft hij vijf dochters en een zoon. ‘Het mooiste daarvan is dat de kinderen moed krijgen. Als mijn vrouw en ik zouden omkomen bij een auto-ongeluk, weten onze kinderen dat ze nooit alleen zullen zijn. Ze zullen er altijd voor elkaar zijn en nooit in een zwart gat vallen.’

‘Ik heb de Duitse en Hongaarse nationaliteit’

Habsburg-Lothringen stamt af van de Hongaarse tak van de Habsburgers. Zijn vader is in Hongarije geboren, maar vluchtte in 1944 als tweejarige met het gezin voor het oprukkende Rode Leger naar Duitsland. Daar werd in 1967 Eduard geboren. ‘Ik heb de Duitse en Hongaarse nationaliteit, grappig genoeg voor een Habsburger niet de Oostenrijkse. Mijn vrouw en kinderen wel.’

Hij deed filosofie en studeerde af op theoloog en filosoof Thomas van Aquino en de geschiedenis van de Rooms-Katholieke Kerk in de twintigste eeuw. ‘Als je ­filosofie hebt gestudeerd, hoe verdien je dan je geld? De kans dat je hoogleraar ­filosofie wordt, is klein.’

Hij vond zijn bestemming in de wereld van televisie en film. Zo waren de scripts voor een nooit gemaakte zombiefilm van hem. Maar ook die van de wel gemaakte film over Mary, Queen of Scots. Enthousiast: ‘Dat is vreemd genoeg nog een voorouder van me.’ De Habsburgers zijn verwant aan zo’n beetje alle Europees adel. Of er nog plannen bestaan om strategisch in de Oranjefamilie te trouwen? ‘Dat zijn protestanten! Mijn ouders zijn bevriend met prinses Margriet en Pieter, en mijn kinderen zijn dol op hagelslag. En ik heb een nicht in Nederland die met een Nederlander is getrouwd. Er zijn overal veel verborgen dubbele adelaren!’

Habsburg-Lothringen zegt het met zelfspot en ironie. Hij moet gewoon werken voor zijn geld. Zo schreef hij het scenario voor de Oostenrijkse televisieserie over de Donau-politie en het boek Wo Grafen schlafen (2011) over kastelen. Daarover maakte hij als medepresentator ook een tv-programma (2014). Vanaf 2009 was zijn hoofdbaan het woordvoerderschap van bisschop Klaus Küng in het Oostenrijkse Sankt Pölten. ‘Ik moest mijn snel groeiende gezin voeden en scenario’s schrijven werkt dan niet echt.’

‘Mijn familie is sinds duizend jaar katholiek’

De kerk bleek niet vergeten dat de Habsburgers enthousiaste verdedigers zijn geweest van het katholicisme. ‘Mijn familie is sinds duizend jaar katholiek. Niet zomaar katholiek maar heel katholiek. Om je een idee te geven: ik heb altijd een rozenkrans bij me. En ik gebruik hem, het is niet alleen decoratief. Zó katholiek ben ik. Mijn broer is priester. Mijn zwager is ook priester. Twee broers van mijn grootvader waren priester. Zó katholiek dus. We bidden met onze kinderen, gaan naar de mis, we bidden elke dag voor de paus. We biechten. Zó katholiek dus.’

Hij lacht. ‘Het is als ademhalen voor ons. Dat betekent niet dat ik nooit twijfel heb gehad over mijn geloof of dat ik ­naïef ben of zoiets. Tussen mijn dertiende en achttiende twijfelde ik aan alles. Maar ik heb me daar doorheen gewerkt en kwam tot de conclusie dat het de real deal was. Je kunt je voorstellen dat als je zó katholiek bent, ambassadeur zijn bij de Heilige Stoel is als een kind dat in de snoepwinkel wordt opgesloten.’

55 procent van de Hongaren is rooms-katholiek

Tot zijn verrassing benaderde de Hongaarse regering van premier Viktor Orbán hem in 2015 voor die positie. Orbán en veel Hongaarse ministers zijn lid van Református, de Hongaarse calvinistische kerk. Daarvan is 20 procent van de Hongaren lid, 55 procent is rooms-katholiek. ‘Ze wilden goede banden met de Heilige Stoel en iemand die de kerkstructuren kent. Maar ik zei: “Dat kan ik niet, want ik spreek nauwelijks Hongaars.” Ze zeiden: “Dan leer je dat maar.”

‘Een moorddadige opdracht, want Hongaars is niet alleen heel mooi, maar ook heel moeilijk. Ik spreek Duits, Frans, Italiaans, Engels, vrij goed Latijn en een beetje Spaans. Maar vanuit die Indo- Europese talen bestaat geen enkel bruggetje naar het Hongaars. Het is buitenaards en fantastisch. Het is melodieus en je plakt telkens dingen aan het einde van het woord. “Huis” bijvoorbeeld is “ház”. “Mijn huis” is “házam” en “in mijn huis” is “házamban”.’

Hij leerde de paus zelfs een grapje over het Hongaars. ‘Samen met een groep vervolgde jongeren uit onder meer Nigeria en het Midden-Oosten – ze studeren met een beurs in Hongarije en keren daarna terug om hun gemeenschappen op te bouwen – heb ik tijdens de World Senate of Youth in 2018 de paus ontmoet op het Sint-Pietersplein. Hij zei tegen de jongeren: “Jullie zijn heel moedig, want Hongaars is een heel moeilijke taal.” Iedereen lachte. Toen wendde hij zich tot mij en ik zei: “Heilige Vader, weet u welke taal ze in de hemel spreken?” De paus zei: “Nee.” Ik zei: “Hongaars, want het duurt een eeuwigheid om het te leren.” Toen lachte hij luid.’

De paus deed daarop iets bijzonders. Twee Syrische jongeren die in Hongarije studeren, hadden uit dankbaarheid de Hongaarse vlag meegenomen. De paus pakte de vlag, en liet zich daarmee en met de jongeren fotograferen. Het is de hoofdfoto op het twitteraccount van Habsburg-Lothringen. ‘Wat de paus deed, is controversieel want hij weet hoe Hongarije door velen wordt gezien.’

De ambassadeur vertelt de anekdote om te benadrukken hoe ongrijpbaar de paus is, die vaak wordt gezien als progressief, links en pro-immigratie. ‘Ik zeg altijd: denk niet dat je weet wat hij denkt of vindt over Hongarije of immigratie.’ Met ironisch understatement: ‘Hij is een jezuïet, die dekken een breed scala af.’

Volgens Habsburg-Lotharingen wordt Orbán verkeerd begrepen

‘Als je goed naar de paus luistert en leest wat hij schrijft, dan wil hij in zijn hart dat iedereen het recht heeft om werk te vinden waar hij of zij dat wil. Tegelijk zegt zijn hoofd dat een staat bepaalde rechten en taken heeft ten opzichte van burgers. En hij zei dat immigranten de landen waar ze naartoe gaan, moeten respecteren. In de encycliek Fratelli tutti (2020) schrijft hij ook dat mensen het recht hebben om thuis te blijven en de mogelijkheid om weer naar huis te gaan. Hongarije helpt gemeenschappen in Afrika en het Midden-Oosten, zodat mensen hun thuis niet hoeven te verlaten. Die hulp is ook solidariteit. Ik heb dat de paus verteld en hij zei: “Ik ben erg onder de indruk.”’

Volgens Habsburg-Lothringen worden de Hongaarse premier Orbán (Fidesz) en zijn regering vaak verkeerd begrepen doordat zo weinigen Hongaars spreken. En kan Orbáns strijdlust niet worden los gezien van de geschiedenis. ‘Een theorie is dat de protestanten hun weg omhoog moesten bevechten, terwijl de katholieken altijd de keizer in Wenen aan hun zijde hadden. En de calvinisten zijn heel uitgesproken over geloof en natie – de kern van hun politieke denken. Katholieken hebben de traditie om de kleur van de achtergrond aan te nemen.’

Habsburg-Lothringen spreekt enthousiast over de gezinspolitiek van zijn calvinistische baas. ‘De regering-Orbán is daarop aangevallen en geridiculiseerd, maar het werkt. Hongarije heeft een demografische crisis en probeert al jaren wanhopig het geboortecijfer omhoog te krijgen. Voor de staat is dat van belang, want kinderen zijn de belastingbetalers van de toekomst. Sinds vorig jaar is nieuw beleid ingesteld. Je betaalt heel weinig inkomstenbelasting na het derde kind, en de rest van je leven geen belasting meer na een vierde kind. En er zijn hypotheken voor jonge gezinnen. Na één kind hoef je maar tweederde terug te betalen, na twee kinderen eenderde en na een derde kind niets meer. En je krijgt geld voor een grote gezinsauto en de overheid geeft grootouders geld om op de kinderen te passen.’

Belangrijker dan financiële staatsimpulsen is volgens Habsburg-Lothringen cultuur. ‘Je moet de zichtbaarheid van grote gezinnen vergroten. In de meeste landen word je voor gek verklaard als je een groot gezin wilt. Weinigen hebben een groot gezin, en bovenal hebben politici en hun medewerkers geen gezinnen, geen kinderen. In Hongarije heeft de premier een gezin, de gezinsminister ook. Zij willen een positieve atmosfeer creëren waarin het niet meer idioot is om meer dan twee kinderen te hebben. En we zien: het aantal huwelijken stijgt snel, het aantal geboorten stijgt, het aantal scheidingen daalt en – interessant genoeg – het aantal abortussen daalt. De mensen weten: de staat staat achter me.’

De jongste krijgt als eerste te eten, want die is de zwakste

Als vader van zes kinderen kent hij de vreugde van het gezinsleven. ‘Een groot gezin rond de eettafel is een ongelooflijke ervaring. Het is heel lawaaiig, intens. Dan denk je: “Mijn God, wat hebben we gedaan?” Maar als je dan achterover leunt en wat afstand neemt, besef je dat een gezin de bron is van democratie. Je leert alle waarden die nodig zijn om een staat beter te laten functioneren. Je leert voor elkaar zorgen. We hebben thuis de regel: de jongste krijgt als eerste te eten, want die is de zwakste. En als de jongste iets wil zeggen, maar al drie keer heeft geprobeerd om boven het geluid uit te komen en dan begint te huilen, dan leer je: je moet ook naar zwakkere stemmen luisteren.’

Hij maakt een bruggetje naar de Europese Unie, waar Hongarije vaak onder vuur wordt genomen. ‘Als je de jongste leden van de familie niet beschermt, als die geen stem hebben, ben je geen familie. Dat gebeurde in het Oostenrijks-Hongaarse rijk wél. Dat rijk was in de eerste plaats een project om te proberen diverse nationaliteiten te laten samenleven in één land, met respect voor de verschillende identiteiten en zonder agressief nationalisme.’

Wat de Europese Unie mist, is volgens hem een levend symbool om verschillen te overbruggen en de boel bij elkaar te houden. ‘De landen van Oostenrijk-Hongarije waren wel vaak in conflict met elkaar. Maar mensen wisten: we hebben die bebaarde keizer Frans Jozef en die houdt ons samen. Zo’n symbool heb je niet in de Unie. Als je kijkt naar Brussel en het gebouw van de Europese Commissie en vraagt: wat houdt ons samen? Dan is dat niet zo duidelijk. Dat is een probleem voor Europa. Maar we kunnen natuurlijk niet het Heilige Roomse Rijk her­uitvinden, zo werkt dat niet, we leven in een andere tijd.’

Een Habsburger kan ook nooit een nationalist zijn

Dat Heilige Roomse Rijk en het Oostenrijks-Hongaarse rijk, ondergegaan tijdens de Eerste Wereldoorlog, houdt de familie nog altijd bezig. ‘In de familiegroepsapp gaat het veel over de familiegeschiedenis. Ik organiseer dan bijvoorbeeld een peiling over wie de favoriete Habsburger is. Of we discussiëren over de vraag: is de Eerste Wereldoorlog de schuld van de Habsburgers?’

Oostenrijk-Hongarije met de Habsburgers op de troon is dan ten onder gegaan, ‘hun’ Mittel-Europa blijft een levend begrip. ‘Mittel-Europa, Noord-Italië, Oostenrijk, Hongarije, Slovenië en Tsjechië, dat is waar ik mij het meest thuis voel. Het ziet er hetzelfde uit, de geuren, het eten, drinken en de humor zijn vergelijkbaar. Een Habsburger kan ook nooit een nationalist zijn. Tijdens de eerste lockdown postte iemand een bericht in mijn Twitterfeed dat de Visegrád-landen (Polen, Tsjechië, Slowakije en Hongarije) en Oostenrijk de onderlinge grenzen heropenden. Diegene schreef: “Eduard, dit is het moment voor terugkeer van de monarchie.” Ik schreef terug: “Dank u, maar ik wacht op Nederland en Spanje.”’ Ook dáár regeerden de Habsburgers ooit.

Heel luid en met een grote grijns: ‘Dat is een grapje! Een grap.’ In deze soms zo overspannen tijden waarin ironie en humor niet altijd worden begrepen, zegt de ambassadeur dat er voor de zekerheid maar bij.

 

Eduard Habsburg-Lothringen (München, 1967) is sinds 2015 de ambassadeur van Hongarije bij de Heilige Stoel en de Orde van Malta. Trouwde in 1995 met Maria Theresia von Gudenus. Ze hebben vijf dochters en een zoon.